Je ziet ze steeds vaker. Picnic wagentjes die door middel van een elektrische motor door de straten van de binnenstad scheuren. De wagentjes racen niet voor niets. Ze willen natuurlijk zo snel mogelijk al hun boodschappen leveren aan de mensen thuis. Volgens mij krijgen de bezorgers ook betaald per aflevering. Dus dan is het natuurlijk prettig zo veel mogelijk af te leveren. Picnic is niet de enige. De supermarkten Albert Heijn en Jumbo doen ook maar al te graag mee aan het afleveren van boodschappen. Een nadeel van Albert Heijn vind ik wel dat ze geen gebruik maken van een elektrische motor in hun bestelbusje. Mensen bestellen al voor weet ik hoe lang spulletjes online. Het is niet ongewoon om een nieuwe telefoon te ontvangen van een medewerker van PostNL, maar hoe is het eigenlijk zo gekomen dat mensen boodschappen niet zelf meer willen ophalen? Zelf kom ik uit een familie die nooit de boodschappen laat bezorgen. Ik heb een keer bloemen laten bezorgen en mijn vader werd woest. We vinden het juist integer om naar de winkel te gaan op de fiets en daar rustig rond te lopen om te kijken naar de verschillende producten. Vaak genoeg loop ik ook langs een bepaald gangpad en dan bedenk ik me opeens weer iets wat ik nog kopen moest. Het is handig om daar dan ineens tegenaan te lopen. Online gaat dat allemaal veel moeilijker. Er zijn wel duidelijke lijsten van producten beschikbaar, maar als ik het niet in een keer zie dan sla ik het meestal over.
Waarom wel laten bezorgen?
Toch zijn er mensen die juist graag hun boodschappen laten bezorgen, zoals mijn middelbare schoolvriend Nemo. Boodschappen bestellen is voor zijn familie de normaalste zaak in de wereld. Toch snap ik niet hoe dat kan. Ze hebben het immers niet nodig. Zijn huis ligt nog geen kilometer van de dichtstbijzijnde supermarkt af. Daarnaast werkt zijn moeder niet en heeft hij zelf ook genoeg tijd om na school naar de supermarkt te gaan. Daarom vroeg ik hem waarom ze het laten bezorgen. Al die extra uitlaatgassen van die bestelbusjes, dat kan niet goed zijn voor het milieu. Hij zei dat zijn familie het simpelweg prettig vindt om elke week niet naar de supermarkt te hoeven voor een bepaalde lijst aan producten. Elke week kopen ze een standaard hoeveelheid spulletjes in die ze hoogstwaarschijnlijk toch gaan gebruiken. Kleine dingetjes ,zoals snoepgoed en een losse komkommer, vallen daar niet onder. Op die manier bespaart de familie dus twee uur per week. En daarnaast is het niet zo veel duurder om de boodschappen te laten bezorgen. De meeste winkels hebben de prijs van hun bezorgservice in de prijs van de producten verwerkt. Zo betaal ik dus ook een klein beetje mee aan de bezorging van Nemo’s wekelijkse boodschappen.